vrijdag 23 oktober 2009

Afscheid

Vandaag is weer zo’n dag dat de leuze ‘Carpe diem’ me in het gezicht slaat. Pats! Daar ga ik tegen de grond. Figuurlijk gesproken dan. Want er is weer een jong leven weggerukt. Ligt het aan mijn generatie die verdoemd is door het jarenlange gebruik van pesticiden? Heeft het kind nu gewoon een naam gekregen waar we vroeger enkel konden gissen wat de oorzaak kon zijn? Ken ik teveel mensen? Is het zo dat we beter op de hoogte worden gehouden van zulke dingen omwille van de talrijke netwerksites zoals facebook en konsoorten? Is dit de normale levensloop voor een prille dertiger? Zal ik hier steeds meer en meer mee geconfronteerd worden? Of behoor ik tot die generatie waarin we steeds vroeger afscheid moeten nemen van elkaar, waar het minder evident is dat we oud worden, heel oud?

Ik maak soms grapjes met mijn vriendinnen dat we later samen dat pannekoekske met bruine suiker verorberen in een broeihete brasserie, dat we op zondag bij elkaar op de koffie komen met ons breinaalden in de aanslag en als we uiteindelijk samen in het rusthuis belanden zullen we waarschijnlijk de verpleegsters de kast opjagen met onze rolstoelrace…lachen, gieren, brullen. Maar ik krijg steeds meer het gevoel dat ons dat niet gaat lukken. Dat we niet te ver in de toekomst durven of mogen kijken. Of is het allemaal puur toeval?

Carpe diem dus… ik probeer het. Heel krampachtig. Als het dan eens mijn dag niet is en mijn relativeringsvermogen me opnieuw in de steek laat, vind ik dat erg van mezelf. Een engelenstemmetje fluistert in mijn oor dat het allemaal veel erger kan en dat ik moet genieten. Het valt allemaal toch mee? ‘Ja’, knik ik dan en ik zucht eens diep. Ik weet het wel. Het merendeel van de tijd lukt dat ook. Er zijn echter van die dagen dat het eens deugd doet om jezelf te benevelen met wat zelfmedelijden en een snuifje woede. Het is dan smachtend wachten op het verlossende dessert.

Stel geen dingen uit, volg je dromen, doe wat je graag wil doen,… De boodschappen flitsen door mijn hoofd en dreigen het systeem plat te leggen, net als een computervirus. Als mijn firewall het begeeft, laat ook mijn positivisme het wel eens afweten. Meestal gaat dit gepaard met tekenen van routineus gedrag dat zich als een evenwijdig lopende straat naast faalangst beweegt. Ik ben dan tot niets meer in staat. En dan…pats… slecht nieuws. Niet eens van iemand die heel dicht bij me stond. Toch raakt het me meer dan me lief is en sta ik weer even stil bij alles. Wordt de pauzeknop ingedrukt, een glas wijn uitgeschonken,… en we ademen, diep in en uit.

Het lijkt alsof er ergens iemand ons af en toe een stroomstootje geeft telkens we dreigen te vervallen in vanzelfsprekendheden. Ik weet het nu wel hoor. Geen stroomstoten meer nodig… gewoon iedereen gelukkig en gezond. Zo moeilijk kan dat toch niet zijn?

Zo werkt het blijkbaar niet. Daarom weet ik nu al dat er hoogst waarschijnlijk nog momenten gaan zijn wanneer ik me drukker ga maken dan anders, dat dit alles me ongelooflijk angstig maakt, dat het even teveel is,… Eigenlijk is dat toch ook maar menselijk? Door het leven gaan met een opgespoten glimlach is ook maar niets. Maar we kunnen wel proberen om er het beste van te maken. In alles wat we doen. Ons niet te snel ergeren of zorgen maken, genieten van het kleinste tot het grootste wat zich ontpopt op je weg, anderen respecteren, vriendschappen verzorgen, tijd maken voor elkaar. Voor ik begin te klinken als een melodramatische powerpoint, nog even een laatste paar woorden…

Geniet, maar niet met mate.

Krachtige woorden die perfect het leven beschrijven van een straffe madam die het niet verdiende om zo hard te moeten vechten.
 
Lily's world. Design by Exotic Mommie. Illustraion By DaPino